Lang leve ons lichaam

dat in stilte wonderbaarlijk subtiel vraagt om ontmoet te worden. Dat als een veeltonige klankkast dwars door eeuwen van lijden en onvoorstelbare veerkracht heen onze menselijkheid in al haar vormen en stromingen onvermijdelijk tot één levenslied inheemt.

Leve ons lichaam,

dat niets méér, niets minder vraagt. Dat de vraag als een tintelende uitnodiging door je zenuwstelsel zingt en in haar acties haar zicht en zingeving toont.

Leve ons lichaam, dat onvermijdelijk raakt en niet eens geraakt "kan" worden. Leve ons lichaam dat haar waarheid ook in een geïnterpreteerd gevoel van gemis, leegte of zinloosheid herhaalt en herhaalt en herhaalt alsof elk moment je eerste keer luisteren naar de muziek onder je levensscript omvat, gelijke een oproep dat je altijd en overal thuis bent. Lang leve haar leerkracht, haar mantra: je bént natuur.

Leve ons lichaam en de alomvattende, expansieve aanwezigheid die door haar stromende, zoemende, zinspelende en bezinnende zintuigen kraakhelder vergeestelijkt tot voelende liefde.

Leve ons lichaam dat geen dienst is, geen recht van de één over de ander, geen werktuig, geen lastpak, geen projectiescherm, geen geweld vergoeilijkend onderscheid, geen minderheid of minderwaardigheid, geen veronteigening van óns, geen omlijsting, geen middel, geen blokkade en geen met bestraffende wetgeving bekliederd object waar één of ander hoofd over regeert.

Leve ons lichaam dat niet zozeer lang als wel levendig leven wil.

Een verlangen zo teder, zo doordringbaar en vormkrachtig poreus dat het niet als sterfelijkheid overschaduwende wilskracht te poneren en dirigeren is.

Leve ons lichaam dat we niet overkomen, dat ons niet overkomt, dat we samen zijn en nooit alleen en daarmee per ommegaande compassie als waarheid onthult. Leve ons lichaam waarmee we elkaar waar mogelijk en vrijlievend verlevendigen, in haar kleinste en grootste gebaren, niet als performance, wel als het continu vibrerende netwerk dat onze zintuigen zijn, het mycelium onder onze voeten, de onzichtbare energie die dwars doorheen massa mensen de beleving van leven actualiseert.

Leve ons lichaam dat met haar openheid de dwang op haar aanwezigheid dicht, leve ons lichaam dat niet eens herinnert, omdat het niet vergeet, leve ons lichaam dat een stilte kent die tijdloze muzikale wonderen gebaard heeft, leve ons lichaam dat zichzelf in zichzelf dragen kan en daarmee de kern van integriteit buitenstebinnen naar onszelf, onze formidabele diermenselijke verbinding terugkeert.

Leve ons lichaam, dat ondanks eeuwen van onverbiddelijk verzet tegen haar diepgewortelde wijsheid en pijn incarnerende levensliefde niets anders kan dan van sterrenstof zijn en in aarde verlangen te verblijven.

Leve ons lichaam dat ook als ze verbannen wordt in elk natuurverschijnsel stromend en sierlijk opleeft, dat met geen macht te overmachten is omdat haar kracht - aanwezigheid - aan alle moeite, aan alle pogingen, aan alle verzinsels, ideologieën en theorieën vooraf en voorbij gaat.

Leve ons lichaam, in al haar vormen, met of zonder opsmuk, gevierd en getooid, vermoeid en doodop, oneindig divers en aan niemands laatste woord gekooid. Lang leve haar levendigheid, onvoorwaardelijk en met geen pen te beklemmen, geen geprojecteerde pijn te temmen.

Wie liefde aan haar moeiteloze overgave verklaart, weet wat levenskracht werkelijk is. En elke já werd evengoed een néé, alle kennis vormen van belichaming, elke leider belichaamde, bescheiden supergeleiding van óns lichaam, elk individu een universele getuigenis van zichzelf - en de spiegel die de aardse, onderling verweven waardigheid van ons lichaam radicaal direct toont.

Elke ademhaling een heilig ritueel, dat maakt een van ons lichaam verweesd mens vindbaar stil.

Foto: Karlijn Goossens

Next
Next

Lieve Stilte