Relaties roesten (niet)

In één-op-één sessies of trainingen komen vitale levensvragen aan bod. Denk bijvoorbeeld aan de vraag “Wat is vriendschap?” of “Hoe geef je samen een vriendschap vorm?” met alle gerelateerde vragen vandien (bijvoorbeeld rondom communicatie, waarden, verschillende vormen van liefde,…).

Aan het begin van een sessie is misschien helemaal niet zo duidelijk dat vriendschap centraal staat. Dan beginnen we misschien over zakelijke uitdagingen, maar blijkt er een gevoelige belevingswereld rondom een ontstane vriendschap mee te spelen. Zo borrelen er gaandeweg existentiële, heel reële vragen over hoe de vriendschap verder vorm te geven omhoog.

Het is mijn ervaring dat vragen over vriendschap voor intense mensen vaak samengaan met vragen over integriteit en ethiek. De emotionele en relationele lading heeft ook een morele lading. Zeker wanneer er belangenconflicten lijken te bestaan (denk aan een gelijktijdige zakelijke relatie of veranderende gevoelens richting meerdere, ook onderling verbonden personen). Gevoeligheid, vooral merkbaar in sociaal contact, wordt geprojecteerd als de Grote Levensvragen van onze tijd. En, de intrinsieke gedrevenheid van een intens mens om Goed te doen in het licht van een naderend Einde.

Tijdens een sessie onderzoeken we verschillende perspectieven. En vooral ook hoe het voelt om te zijn met de ander. Eenvoud ontstaat er veelal wanneer dit voelen de ongekaderde ruimte ervaart er te (mogen) zijn. Klinkt eenvoudig, ik stoei er dagelijks mee .

Een patroon dat vaker terug lijkt te keren voor creatief en cognitief zeer sterke personen, is dat ze merken te groeien naar een nieuwe fase in hun leven en creëren waarin ook de relaties die ze belangrijk vinden een andere positie lijken in te nemen. Dat wat ze voor zich zien als toekomst, dat wat ze ook via acties aan het actualiseren zijn in hun werkzaamheden, lijkt te schuren met dat wat ze verlangen in de specifieke relaties. Verlatingsangst of verbindingsangst kan opborrelen.

Sommige zeer creatief en cognitief sterke personen hebben geleerd om hun nabije vriendschappen enigszins instrumenteel vorm te geven vanuit hun leiderschapsposities. Weinig geleerd om door een ander emotioneel gedragen te worden, zijn ze geconditioneerd in het bieden van hun steun, inspiratie en kunde aan een ander. Dit gebeurt ook uit enthousiasme en het zien en hebben van mogelijkheden. Het kan echter zo geconditioneerd raken, dat gelijkwaardigheid en wederkerigheid beperkt worden. Dan heeft de begaafde persoon bijvoorbeeld ergens de overtuiging dat hij of zij de ander wel iets moet bieden (eigenlijk ‘moet presteren’) om geliefd te worden als vriend. Dat verlating op de loer ligt zodra de gave niet meer gegeven wordt. Of dat hij of zij wel met oplossingen moet komen bij conflicten, want dat is toch gebruikelijk zo. Dat de begaafde persoon toch de emotionele werker is in de relatie. Onderwijl de relatie, de vriendschap, eerder een wederkerig moment van luisteren en aanwezigheid behoeft. Ook als dat impliceert dat je samen aanwezig bent bij het verlies van iets dierbaars, bij de ongemakkelijke verandering van een relatie of bij een dieper zinken in een realiteit die gevoelsmatig spannend en onzeker en oncontroleerbaar voelt.

Leiderschapsconditionering kan dan de ervaring en het ook gunnen van vriendschap in de weg zitten. Limiterende overtuigingen beperken de bewuste (ervaring van) liefde voor zelf en de ander.
Ik ken het ook uit eigen ervaring. Begaafdheid in combinatie met een geconditioneerde liefdestaal van ‘praktisch dingen doen’ voor de ander, brengt prestatie, representatie en aanbod in de relatie. Het is een proces, een oefenweg, om in de verbinding te zijn en verblijven onderwijl er niet per se iets geboden, gecontroleerd, opgelost of gecreëerd hoeft te worden. Samen zijn, in wat er is. Wederom, het klinkt heerlijk eenvoudig. Het is éérlijk eenvoudig. Ik stoei me een eind weg !

Het proces waarin gevoeld wordt dat er iets bespreekbaar gemaakt moet worden omdat de relatie lijkt te veranderen en er een soort ‘gedeelde verstandhouding’ hiervan nodig is, voelt vaak spannend. Hoe vaak ben ik niet al de persoon geweest die met grote gewichtigheid zo’n gesprek is begonnen? Ik denk aan grappige term van Xandra van Hooff: ik bracht zeker wat ‘terminale serieusheid’ in het gesprek!

Het voelt des te meer spannend wanneer de conditionering is dat je dit zelf geheel dient te controleren, en dan ook nog volgens sterke waarden. Niet zelden kan in een gesprek over soortgelijke situaties voorbijkomen dat de begaafde persoon naar eigen denken ‘slecht’ bezig is, of zelfs ‘slecht’ (verkeerd, kwaad-doend) ís, omdat hij of zij vanuit vroeger uit, bijvoorbeeld in een leiderschapspositie, projecties heeft gehad van andermans gevoelde onzekerheden en kwetsbaarheden en deze boodschap nu zelf projecteert (op het zelf). Het gemis aan wederkerig vertrouwen zit dan het wederkerig dienende leiden (een relatie onderhouden, of liever: doorleven) in de weg.

Grenzen zijn te grenzerig, wensen te wenserig. De relatie voelt als een gedoe, ingewikkelde soep of zware leefkost.

De relatie is verdrietig. De relatie voelt bozig. De relatie voelt kouder dan het op een dieper niveau aanvoelt als stromende liefde voor ieders eigen mens zijn. Koud mag niet zijn, warm is te warm.

Het moment waarop er gevoeld wordt dat er leiding genomen móet worden, is het moment waarop kwetsbaarheid eigenlijk tussen elkaar in beweegt, door de verbinding heen blinkt, de eigenlijke beleving van de relatie, dat wat we veelal het meest kostbaar, want voelbaar vinden. Er hoeft geen leiding genomen te worden, er is overgave gaande. Verregaande overgave.

De vraag “wat is vriendschap?” blijkt dan beantwoord te worden met zoiets als “ruimte”, “knuffel”, “luisteren”, “aanwezigheid”, “stilte”, “vertrouwen” of “zucht”. Niet alleen, of überhaupt, als concept. Als gedeelde ervaring, ook weleens op fysieke afstand. Diep diep diep existentieel. Rauw, rouw, ruim.

Leiderschap is begeleidend aan deze gedeelde beweging. Ze bevindt zich nergens, gaat voorbij aan gelijkenissen, is altijd in beweging en ontsnapt plannen. Het is de geleiding die je voelt. Voelen. Voor en na het woord. Ai ai ai….

PS: relationele moed wordt gevoed in vele reflecties uit de bundel #Intensmens.

Previous
Previous

Er is niets mis

Next
Next

Agnostic consolation